Caye Caulker

In de zomer van 2001 hebben we 14 dagen gedoken en geluierd op Caye Caulker (spreek uit kie). Dit is een klein eilandje voor de kust van Belize. Vanuit Mexico zijn we met het openbaar vervoer naar Belize city gereisd. Vanuit Playa del Carmen is het ongeveer 10 uur met de bus. We zijn overgestapt aan de grens in Chetumal. De bussen in Mexico zijn uitstekend. Prima stoelen, airconditioning en video. De chauffeur rijdt rustig en er gaat een rood lampje branden als er harder dan 90 km per uur wordt gereden. Ook de mensen in de bus zijn zeer rustig. Wanneer we in een gewone bus stappen die naar Belize city gaat merken we het verschil. De bus kraakt en piept. De stoelen zijn een stuk minder en de mensen in de bus zijn luidruchtiger. Het is er wel een stuk gezelliger. De bus stopt om de haverklap dus hard rijden is er ook niet bij. De weg is ook slechter dan in Mexico. Vanaf de grens duurt het ongeveer 4 uur om in de stad te komen. Daar hebben we overnacht in het luxe Radisson hotel. De volgende dag zijn we met een speedboat naar Caye Caulker gegaan. Dit tochtje duurt ongeveer 45 minuten. 

Caye Caulker is een klein en smal eilandje. Orkaan Hattie heeft in 1961 het eiland in tweeën gespleten. Omdat Belize in de orkaanzone ligt is het elk jaar weer spannend. Orkaan Mitch (1998) en Keith (2000) hebben 3/4 van alle palmbomen vernield. Toch is Caye Caulker nog steeds een aantrekkelijk eiland. Hoewel er veel toeristen zijn heerst er nog een hele relaxte ongedwongen sfeer. Dit komt mede door de vele backpackers die Caye Caulker bezoeken. De plaatselijke bevolking is erg vriendelijk en er zijn veel rasta’s. De blanken die je hier vindt zijn voornamelijk (ex-)hippies. Het “dorpje” op Caye Caulker bestaat uit 3 straten. De “front-“, “middle-” en de “backstreet”. Er rijden geen auto’s alleen een paar golfkarretjes. Iedereen doet alles te voet en bij voorkeur blootsvoets. Wij verbleven aan de westzijde van het eiland in het luxe hotel “Iguana Reef Inn”. De Nederlandse Carin runt hier dit hotel samen met Mario en Jim en de kat Chester. De Iguana Reef Inn is een uitstekend hotel met grote bedden, airconditioning, een heerlijk ligbad en een koelkast. Hier kun je heerlijk genieten van de rust en de prachtige zonsondergangen. 

Wij waren hier voor de rust en voor het duiken dus we gingen op advies van velen naar Frenchies Divecenter, vlakbij Split. Je kunt op Caye Caulker kiezen uit diverse duikscholen.  Frenchies is een goed uitgeruste duikschool en een van de oudste van het eiland. Frenchie zelf is een rustige Belizeaan en zijn Oostenrijkse vrouw (Gertrude) doet de administratie. Belize is onder duikers bekend vanwege de Blue Hole. Dit is een nagenoeg rond gat van 130 meter diep en heeft een doorsnede van 300 meter. Het ligt in het midden van Lighthouse reef, ongeveer 2 uur varen vanaf Caye Caulker. Wij gingen hier op een zondag naar toe en werden  opgepikt door Aqua Dives van Ambergris Caye, het grotere eiland ten noorden van Caye Caulker, omdat Frenchies op zondag gesloten is. We vertrokken om 6 uur ‘s morgens en we zouden 3 duiken maken waarvan de eerste het diepste zou zijn in de Blue Hole. Na een uitgebreide briefing gingen we te water en controleerde iedereen z’n hoeveelheid lood. Onder ons zagen we Caribische rifhaaien en bullsharks zwemmen. Ook een gigantische barracuda “sloop” geruisloos dichterbij. Met name de bullsharks baarden ons nog de meeste zorgen. 99% van alle haaiaanvallen in Florida staat op rekening van deze soort en ze waren zojuist gevoerd door een naburige boot wat ons niet zo’n slimme zet leek. Onze duik zou ongeveer 8 minuten duren. Twee minuten om af te dalen naar 42 meter; zes minuten om in de grote grot van de Blue Hole rond te kijken en daarna weer aan de opstijging beginnen. Met name het afdalen ging erg snel. Je duikt als het ware over een kraterrand de diepte in waar het donker is. De schaduwen van grote haaien, net aan de rand van ons gezichtsveld, vergezelden ons naar de diepte. Op 42 meter zagen we grote stalactieten. Er is weinig koraalgroei dus voor fotografie niet echt een topper en er is zo weinig licht dat een foto van een beetje afstand onmiddellijk onderbelicht is. Na een langzame opstijging stonden we na 25 minuten weer op de boot in de heerlijke Caribische zon. De tweede en derde duik van deze dag op Halfmoon Caye en Long Caye waren veel mooier; dit zijn nog ongerepte gebieden. Ook zijn ze buiten de orkaanzone gebleven zodat daar weinig schade is. Op Halfmoon Caye is een vogelreservaat (entree is $10,-), waar de roodvoet Jan van Genten wonen. Vanuit een uitkijkpost konden we ze van dichtbij broedend bewonderen. 

Op Caye Caulker zijn een aantal restaurantjes waar je goed kan eten. Er is ook keuze uit diverse menu’s. De meerderheid van de oorspronkelijke bewoners verdienen de kost in de kreeftenvisserij, dus kun je in bijna elk restaurant heel goedkoop verse kreeft eten. In de Sandbox is het meestal druk en bij Popeye’s kun je pizza krijgen. Je kunt daar trouwens ook heerlijk relaxen in een hangmat en kijken naar pelikanen die rond een vissersbootje bedelen om een hapje.In de tweede week van ons verblijf kwam de eerste waarschuwing dat er een tropische storm op komst was die mogelijk kon uitgroeien tot een orkaan. “CHANTAL” was in aantocht. De koers werd door iedereen op CNN of op the Weather-Channel nauwlettend in de gaten gehouden. Op vrijdag kwam het bericht dat het bestuur van het eiland plannen maakte om alle toeristen te evacueren. Maar op zaterdag gebeurde er gelukkig nog niets. Het was stralend weer en we zijn heerlijk gaan zwemmen bij Split. Toen we op zondagochtend wakker werden kwam Carin met het vreselijke nieuws dat alle toeristen die dag toch moesten vertrekken. We hebben haar waarschijnlijk ongelovig aangekeken. Moest het echt? Onze vakantie zou nog  tenminste vier dagen duren? De beelden van the Weather-Channel logen er echter niet om. CHANTAL was een grote rode vlek die dreigend naderbij kwam, nog steeds geen orkaan, maar wanneer ze aan land zou gaan kon het wel eens verkeerd aflopen. De regering nam geen enkel risico. (Bij de orkaan IRIS van 6 weken later zijn tenminste19 toeristen omgekomen). Toen we nog even een rondje liepen om deze mededeling op ons in te laten werken en om nog wat foto’s te maken op het eilandje, zagen wij tot onze schrik dat een enorme groep toeristen stond te dringen bij de watertaxi’s.  Snel zijn we teruggekeerd en hebben onze spullen ook maar gepakt. Afscheid genomen van Carin en Mario en in een overvolle boot gestapt richting Belize city. 

De voorspellingen waren op dat moment dat CHANTAL ten noorden van Belize (zuid Mexico) aan land zou gaan in de nacht van maandag op dinsdag. Bij onze aankomst in Belize-city bleek dat alle hotelkamers in de stad inmiddels waren volgeboekt. Duizenden toeristen van alle eilanden zochten een slaapplaats voor de nacht. Uiteindelijk vonden we een piepklein kamertje in een klein pension in een slechte wijk. De volgende dag (maandagochtend) hebben we een taxi genomen naar het vliegveld om te kijken of we kans maakten om te vertrekken naar Miami maar ook hier hetzelfde beeld. Er vertrok 1 vliegtuig naar Miami en dat was minstens 4 keer overboekt. Met een taxi zijn we terug naar de stad gegaan. Veel toeristen zochten hun heil hogerop in het land tegen de grens van Guatemala. In het grote Princess hotel was nog een kamer vrij voor de nacht. Het personeel zou om 16.00 uur vertrekken en er was geen water, de bedden en handdoeken waren nog vuil van de vorige huurders, maar het hotel zag er stevig uit. Hier hebben we de nacht doorgebracht terwijl de wind steeds harder aanwakkerde. De volgende ochtend was de tropische storm overgetrokken en begon de zon weer voorzichtig te schijnen. ‘s Middags namen we het vliegtuig naar Miami en dezelfde avond vertrok de Martinair naar Amsterdam waar we woensdagochtend aankwamen.

Belize is een heerlijk land, jammer dat het in de orkaanzone ligt.

Reacties zijn gesloten.